De herberekening van de beslagvrije voet is de afgelopen periode flink in het nieuws geweest. Het kabinet heeft het minimumloon en de daaraan gekoppelde uitkeringen verhoogd met 10,15%. De achterliggende gedachte is dat werken zo meer loont en de gevolgen van de inflatie voor de koopkracht enigszins worden gecompenseerd. Wat niet is meegenomen in de gedachtegang van het Rijk is dat dit zeer nadelig uitpakt voor de debiteuren waarbij beslag is gelegd op het inkomen. De 10,15% verhoging vloeit dan namelijk rechtstreeks naar de schuldeiser, aangezien de beslagvrije voet niet (direct) wordt aangepast op de verhoging. Dit probleem speelt zowel bij mensen die loon ontvangen als bij uitkeringsgerechtigden, met uitzondering van bijstandsgerechtigden. Bij bijstand is de beslagvrije voet altijd een percentage van de uitkering. De inhouding wordt dan automatisch aangepast.
Sinds de Wet vereenvoudiging beslagvrije voet in werking is getreden dient de beslagvrije voet (bvv) via een rekentool tot stand te komen. Daarnaast heeft elke beslaglegger de verplichting om de bvv iedere 12 maanden te herberekenen. Lokale overheden maken hiervoor gebruik van de diensten van het Inlichtingenbureau (IB) of de Stichting Netwerk Gerechtsdeurwaarders (SNG). Cannock Chase Public maakt gebruik van de diensten van SNG.
Lees meer